Waarin de Schildknaap van Zwaarden tot het uiterste getergd wordt…
De Schildknaap van Zwaarden heeft van zijn moeder, de Koningin van Zwaarden, de opdracht gekregen om een lijfspreuk of levensmotto te bedenken. Hij baalt hier stevig van en heeft de hulp van zijn vrienden ingeroepen. Ze zitten nu met zijn vieren gezellig buiten in de grote tuin van het landgoed van de Pentakels.
“Vertel,” zegt de Schildknaap van Pentakels, “waar is de brand?”
“Mijn moeder heeft spontaan een lijfspreuk bedacht, en jullie moeders ook. Nu moet ik er ook één bedenken. Mijn moeder zei: ‘Wanneer je weet wie je bent, moet dat geen enkel probleem zijn’.”
“Ha,” zegt de schildknaap van Kelken. “Net zoiets als wanneer volwassenen je mening vragen en wanneer je die geeft, dan is die dom!”
“Don’t shoot the messenger!” Roept de schildknaap van staven en valt gillend van de lach achterover in het gras. De andere drie pages kijken verbaasd naar hun in het gras rollende vriend.
Schiet niet op wie? Op Zwaard hier? Vraagt Kelk verwonderd. Zwaard kijkt geschrokken om zich heen.
“Nee man, ‘Don’s shoot the messenger!’ Dat is wat ik wil voor mijn motto.”
“Ik vraag me af of dat wel een motto is,” zegt Pentakel.
“Kan me niet schelen. Ik vind dat die bij me past. Wat is die van jou?” vraagt Staven aan Pentakel.
“Geen idee, maar wel interessant om te onderzoeken.”
“Die van jouw is ‘Wow, dat is interessant!’” verklaart de Page van Staven.
“Volgens mij ook geen levensmotto, maar wel typerend voor mij,” zegt Pentakel , terwijl hij in de verte tuurt.
“Wat is de jouwe, Kelk?” vraagt Staven.
Kelk springt overeind en gaat voor zijn vrienden staan. Met zijn handen maakt hij het gebaar of hij zijn borsten omhoog duwt om ze beter te laten uitkomen. “Wereldvrede,” antwoord hij plechtig, terwijl hij een kniebuiging maakt.
“Wahaha,” lacht Staven. “Goed gesproken, miss Universe!” Hij springt ook overeind en vraagt Kelk: “Mag ik deze dans van u?” Samen doen ze een wilde rondedans op het gras.
“Dat slaat nergens op!” roept Zwaard boos. “Kunnen jullie geen moment serieus zijn?”
“Peter Ustinov heeft ooit eens gezegd dat humor slechts een komische manier is om serieus te zijn,”zegt Pentakel.
“Hoe weet je dat nou weer?” zegt Zwaard gepikeerd. “Laat maar zitten. Jij weet alles. Wat is dan mijn motto, betweter?”
“Geen idee,” antwoord Pentakel. “Wat zie je als je grote kracht?”
“Ik ben oplettend, ik observeer.”
“Hahaha,” lacht Staven. “Wantrouwend, zul je bedoelen.”
“Er is niets mis met gezond wantrouwen,” zegt Zwaard boos.
“Wantrouwen is helemaal niet gezond,” brengt Kelk in. “Ik vertrouw iedereen tot het tegendeel bewezen is.”
“Dat is zoooo naïef!” roept Zwaard. “Mensen zijn per definitie niet te vertrouwen. Pentakel, was het De la Fontaine, die vent van de fabels, die zei dat het wantrouwen de moeder der veiligheid is?“
Pentakel tikt op zijn laptop en antwoord: “Ja inderdaad. Maar Ghandi zei dat wantrouwen een teken van zwakheid is.”
Zwaard kijkt hem met stomheid geslagen aan. “Huh? Uhh, is dat nou onzin of een diepe waarheid?” Vertwijfeld heft hij zijn armen omhoog. “Ik word gek. Zo direct is het etenstijd en dan moét ik een motto hebben. Ik wil iets over het nut van observatie.”
Pentakel tikt weer iets in op zijn laptop. Leest even en zegt dan: “Ik ben niet slim, maar ik houd ervan te observeren. Miljoenen mensen zagen de appel vallen, maar het was Newton die zich afvroeg waarom. “
“Die ken ik, dat was Hazlitt, die dat zei,” zegt Zwaard. “En ik ben wel slim.”
“Waarmee je maar weer bewijst dat de appel niet ver van de boom valt,” lacht Staven. “En als je dan zo slim bent, wat is dan je levensmotto? De wereld is vol gevaren? De vijand loert?”
Zwaard springt op. ” Ik weet het: Cogito, ergo sum.”
“Ah, Descartes: Ik denk, dus ik besta. Past wel bij je,” zegt Staven goedkeurend.
Vond je dit artikel interessant? Het helpt mij enorm als je het deelt op Social Media.