Je getrokken Moeder Aardekaart is:

PIJL

Waarheid als Bescherming

 DE LERING

De Krijgerclans van Indiaans Amerika vormden de bescherming van het Volk. De geest van de Krijgerclan wordt voorgesteld door de Pijl. De Pijl is recht en trouw, en snel en dodelijk als hij wordt aangelegd om te doden. De Dapperen moesten vele leiderschaps- en behendigheidsproeven afleggen om het recht te verwerven zo genoemd te worden. Moed vormde het belangrijkste ingrediënt bij de vorming van een Krijger, maar voordat deze het recht verwierf om lid van de Krijgerclan te worden, moest diens moed worden getemperd door waarheid, gezond verstand, lichamelijke dapperheid, integriteit en contact met het onstoffelijke. Nadat een jongeman de Overgangsriten (zie kaart 21) had doorgemaakt, zo omstreeks z’n dertiende jaar, begon hij met een vader, een oom, een ander lid van de Krijgerclan of een Opperhoofd aan het langzame en zware proces waaruit het leren een man te zijn bestaat. Deze lessen hielden jagen en spoorzoeken in, meedoen aan een overval, aan Successen Tellen, aan een Zoektocht naar een Visioen, aan een Zonnedans, en er moest ook een jacht worden geleid. Deze overwinningen werden ’s avonds gevierd, wanneer zij voor de hele Stam nogmaals in dans werden uitgevoerd.

Aan iedere jongeman die zijn Clan met dappere daden eer bewees, werden eerbewijzen verleend. Elke stap op het pad naar de Krijgerclan was met opzet hard en afmattend, daar het leiderschap van de Stam en soms van het Volk op de schouders terecht zou komen van de volgende Krijgerclangeneratie. Aan de vaardigheid waarmee een man Pijlen kon maken, kon worden afgelezen hoeveel zorg hij zou besteden aan het leiden van z’n volk. De besten der besten werden, nadat zij zich gedurende vijftig jaar of langer eervol gedragen hadden, tot Hoofd gekozen. Een Krijger werd nooit eerder als een Oudste beschouwd en als wijs genoeg om het Opperhoofd te zijn dan nadat z’n leven rijk aan ervaring was. Pas als hij vijftig jaar was, werd hij als volledig opgegroeide volwassene beschouwd.

In de traditie van de Sioux kon een jongeman na de puberteit een Hondsoldaat worden; hij leerde dan, terwijl hij optrad als schildwacht en beschermer van het kamp, dienstbaarheid en trouw aan de gemeenschap. Als deze lessen door de Dapperen goed werden doorlopen, kwamen enkelen in aanmerking voor het lidmaatschap van het Genootschap van het Sterke Hart; dit werd als een elitegezelschap beschouwd en als het einddoel van hen die zich in de strijd hadden onderscheiden en vele Succesveren hadden verdiend. De Krijgerclan was zeer vereerd wanneer een van zijn leden tot het Genootschap van het Sterke Hart doordrong. Veel jongemannen die jong waren getrouwd kwamen niet voor Hondsoldaat in aanmerking, omdat ze de kost voor een gezin moesten verdienen. Deze mannen werden een beetje geminacht en ‘rond-de-Tipi-hangers’ genoemd. Vaak wilden ze bij de Tent van de Hondsoldaten horen, maar dat mocht niet. Alle Hondsoldaten woonden in dezelfde tent waar vrouwen nooit mochten binnengaan. Deze dapperen kregen hun voedsel van hun moeders, dat ze aan hun zoon gaven door één hand tot de pols in de Tipi te steken.

Uit de Krijgerclan kwamen de beste jagers en spoorzoekers te voorschijn. Vaak zouden deze mannen nooit Hoofd worden, maar wel ereplaatsen bezetten in de Raad van Mannen, waartoe alle leiders van de verschillende Clans behoorden. Enkele Indiaanse Krijgerclans werden Vosclan genoemd, de beschermer van het gezin. Andere werden Prairiewolfclan genoemd, omdat ze wisten hoe ze de niets vermoedende vijand met een list konden terugslaan- Elk Volk had voor z’n Krijgerclan een andere Totem. De Totem bezat de eigenschappen van het dier in hun gebied dat hun leerde , hoe waardevol het was een Krijger of Dappere te zijn. De Krijgers die de opleiding tot Hondsoldaat hadden voltooid, hadden het recht verworven om te trouwen en er in status op vooruit te gaan. Dit vanwege hun voortdurende dienstbaarheid aan het Volk. Mannen van de Krijgerclan konden ook tot andere Clans behoren, dat hing ervan af hoe goed zij zich onderscheidden. Als een kind zeven jaar was, lagen al zijn gaven of talenten vast. De grootouders genoten na een leven van dagelijkse zware werkzaamheden van een welverdiende rust, en konden waarnemen welke talenten elk kind de Stam te bieden had. Deze gaven bepaalden naar welke leraren onder de Stamleden de kinderen na hun Overgangsriten zouden gaan. De vrouwelijke kinderen zouden door andere vrouwen onderwezen worden, en de mannelijke kinderen zouden door de mannen in de Clans worden onderwezen in die taken waarvoor de kinderen aanleg toonden. Hierdoor kreeg elk kind de best mogelijke rolmodellen, zodat het zijn of haar gaven kon ontwikkelen op een manier die de Stam eer zou brengen.

Wanneer een man met de titel Hoofd was vereerd, kon deze nooit meer z’n stem tegen een vrouw of kind verheffen. Dit was de onuitgesproken wet van de Krijgerclan. De leden ervan vormden de bescherming van toekomstige generaties en van de levende juwelen die de vrouwen als Moeders en Opvoeders voorstelden Door hun dapperheid en getrouwheid stonden deze Krijgers boven kleingeestige ruzies, maar ze werden steeds weer zwaar op de proef gesteld door het gekibbel van degenen die niet het karakter van een Krijger hadden ontwikkeld. Als een Hoofd evenwichtig en meedogend wilde zijn, zou hij altijd dat wat goed was voor al z’n mensen boven z’n eigen gevoelens stellen. De Krijgernatuur in hem werd gematigd door jaren van in stilte luisteren naar de Oudsten die vóór hem waren gekomen. Hij moest de waarde van de Pijl in haar ware vorm zien.

De Pijl beschermde snel en handelde snel tijdens een crisis- Eerlijk en oprecht streefde elk Hoofd naar het allerbeste waarbij hij alle toekomstige mogelijkheden overwoog, en bleef hij volkomen verantwoordelijk voor de gevolgen van elk besluit dat hij nam. De Boog van Schoonheid was de vreugdevolle uitdrukking waarmee hij z’n leiderschapstaak bekeek. Zelfs in tijden van groot leed werd het vermogen om te buigen zonder te barsten niet vergeten dankzij de Boog van Schoonheid, de boog van innerlijke kracht die de Pijl deed vliegen. De Boog van Schoonheid zou van het edelste goud zijn gemaakt dat het gouden licht van Grootvader Zon voorstelde, en met parels zijn ingelegd die het wezen van de koestering van Grootmoeder Maan voorstelde. Het evenwichtige mannelijke/vrouwelijke in iedere Dappere vormde de kern van de principes van de Krijgerclan. Dit evenwicht werd gevonden in de bereidheid om te buigen als de Boog van Schoonheid en om de Pijl der Waarheid de wereld in te sturen.

Als een Krijger speciale Kracht wilde bezitten, moest hij hierover dromen of er een visioen over krijgen tijdens een Zoektocht naar een Visioen. Als hij de vrouwelijke ontvankelijke kant van z’n natuur niet kon bereiken door te vasten en op Zoek naar een Visioen te gaan of de Zonnedans uit te voeren, moest hij een duplicaat van de Bundel van een andere Krijger of Medicijnman (zie kaart 28) kopen. Zo iemand had vanwege het gebrek aan evenwichtigheid in z’n karakter weinig kans om genoeg aanzien te verwerven om Hoofd te worden. Dit was geen schande, maar het was een moeilijke weg om te gaan. Steeds weer werkte de Dappere die zich in deze situatie bevond eraan om z’n dominante mannelijke natuur te overwinnen, zodat hij begrip van z’n Bondgenoten of de Voorouders kon ontvangen. Als mannen gefrustreerd waren omdat zij niet in staat waren hun eigen Medicijndromen te ontvangen, leidde dat in de Raad van Mannen vaak tot moeilijkheden. De opgewonden jonge atleten van de Krijgerclan konden driftig worden en het geluk van de Stam naar de knoppen helpen. Als de orde binnen het natuurlijk, door de Hoofden geschapen evenwicht niet werd gehandhaafd, kon alles verloren gaan. Gezichtsverlies was het allerergste dat een Dappere van de Krijgerclan kon overkomen; het werd vaak gevolgd door verbanning uit de Stam. Als de schending groot genoeg was, was de overtreder bij het hele Volk niet langer welkom aan z’n vuren. Broederschap was de ongeschreven wet van de Krijgerclan. Tijdens de Indiaanse Bloedbroederceremonie wordt de onverschrokken koppeling van man aan man tot stand gebracht waaruit de eenheid van hart, lichaam en kracht voortkomt die de evenwichtige Krijgergeest in iedere man ondersteunt. In de Wereld van Scheiding is veel verloren gegaan wat weer herwonnen moet worden. Wanneer twee mannen via een kleine snee op een hand hun bloed uitwisselen, zweren ze hun bloed als één te laten stromen. Tijdens deze Bloedbroederceremonie wordt onsterfelijke trouw beloofd aan een vriend die tot Broeder is gemaakt. Dit soort toewijding komt zelden voor, in welke cultuur in de hedendaagse wereld dan ook.

Denk eraan dat het pad van de Pijl recht en smal is, en dat zijn doel het hart is. Iedere Krijger is zich bewust van het mededogen van het Hoofd, en van de erfenis van leiderschap die alle mensen ten goede komt. Alle rassen op Moeder Aarde zijn wat de hervorming van de Broederschap der Krijgers betreft aangewezen op de Regenboogkrijgers van de wereld. Zij kunnen ervoor zorgen dat de voorspelling van de Vijfde Wereld van Vrede in vervulling gaat. Als we willen dat dit gebeurt, moeten we de lering van de Pijl toepassen, wat wil zeggen: laten we volledige waarheid gebruiken als onze wapens en onze bescherming.

DE TOEPASSING

Als de Pijl vandaag doel heeft getroffen in je kaarten, wordt er van je gevraagd de waarheid van je huidige situatie te vinden. Je kunt jezelf tegen ongemakkelijke situaties beschermen door de waarheid als bescherming te gebruiken. Het doet er niet toe wat anderen van je denken. Jij kent de waarheid. Wanneer je die waarheid eer bewijst, kun je niet door de leugens van anderen worden gekwetst.

Pijl spreekt ook over de ideeën van Broederschap. Dat wil zeggen dat je je moet wapenen met de goede bedoelingen en de oprechtheid van hen met wie je je wilt verenigen. Laat de mensen vallen die jouw pad of waarheid niet langer wilden eren. Denk eraan, Pijl is openhartig, en zegt altijd: ‘Blijf op Het Heilig Pad.’

©Jamie Sams (Moeder Aarde Kaarten)